Veel jongvolwassenen kampen met mentale gezondheidsproblemen: in de categorie 18-25 jaar heeft 11% last van psychische ongezondheid. Zoals te lezen valt in het artikel over Mental Health First Aid, is het heel belangrijk om deze mentale gezondheidsproblemen bespreekbaar te maken. In deze serie van drie artikelen delen drie verschillende Orcanen hun verhaal. Vandaag is Femke aan het woord.
In deze Orcaan aan het woord deelt tweedejaars Orcaan Femke haar verhaal. Femke is 19 jaar, studeert kunst en economie op de HKU en roeit momenteel bij EJLD. Vandaag gaat ze aan de hand van een 1 op 1 gesprek in op haar ervaringen met opgroeien in een omgeving die haar niet altijd accepteerde voor wie ze was.
Nou vertel anders eerst even kort wat je allemaal op Orca doet!
Ja! Ik ben Femke, 19 jaar. Ik heb vorig jaar Dames Club Dubbelvier geroeid en zit dit jaar bij Eerstejaars Lichte Dames. Dat vind ik vet en daar gaat ook het grootste deel van m’n tijd naartoe. Daarnaast zit ik ook nog bij de commissie extern.
Wil je even een beeld schetsen over waar je vandaan komt en hoe jouw omgeving eruit zag in je jeugd?
Ja! Ik ben geboren in 2001, hier in de buurt in Soest. Mijn moeder komt uit Zeeland en daarom hebben m’n ouders besloten om mij en m’n broer daar op te voeden. Ik heb daar eigenlijk mijn hele jeugd ook doorgebracht. Eerst op een christelijke basisschool en daarna tweetalig onderwijs op een openbare middelbare school.
“Op een gegeven moment hadden mijn ouders me wel een soort van aangeleerd dat ik nu een meisje ben en dat als ik dat ooit zou willen veranderen dat dat kan. Alleen op dat moment nog niet.”
Toen ik geboren werd was het eigenlijk al best wel snel duidelijk dat ik er een soort van van overtuigd was dat ik een jongen was. Ik ging echt huilen als je me roze shit ging aantrekken, als m’n moeder me een meisje noemde ofzo dan ging ik echt gillen. Zodra ik dat soort dingen doorhad, ging ik me er eigenlijk tegen verzetten. Mijn ouders hadden toen vast zoiets van “oh, wat moet ik hiermee?” maar zij zijn echt super lieve, progressieve mensen dus daar is gelukkig nooit een probleem geweest. Op een gegeven moment hadden mijn ouders me wel een soort van aangeleerd dat ik nu een meisje ben en dat als ik dat ooit zou willen veranderen dat dat kan. Alleen op dat moment nog niet. Dat werd toen opgevat als de beste oplossing op dat moment dus dat hebben ze gedaan.
“Het is alsof je constant je eigen bestaansrecht moet bewijzen.”
Op de basisschool was dat namelijk wel echt een probleem voor heel veel mensen. Kinderen om me heen snapten mij eigenlijk niet. Ik heb ook echt al die stereotype vragen wel eens gehad; “wat zit er in je broek?”, “wat wil je nou eigenlijk zijn?”, “mis je een chromosoompje?”, dat soort dingen. Dat doet wel gewoon pijn, dat is niet leuk om te horen en dat heeft eigenlijk aangehouden vanaf dat ik 4 was tot aan m’n twaalfde, dertiende. Dat is natuurlijk wel een hele vormende periode dus het is een rare ervaring om jezelf dan eigenlijk dag in dag uit te moeten uitleggen. Alsof je constant je eigen bestaansrecht moet bewijzen. Dat is wel zwaar. Aan de andere kant was dat voor mij ergens ook heel normaal ofzo dus ik heb daar verder eigenlijk ook nooit met iemand over gepraat. Dat was gewoon hoe mijn leven was dus ik vond dat ook niet raar en ik wimpelde het altijd maar een beetje af, zo van “ik kan daar wel tegen”.
Naarmate ik ouder werd en steeds meer ging nadenken over wat ik vroeger allemaal heb meegemaakt, ben ik er steeds meer achter gekomen hoe dat mij heeft gevormd. Ik loop nu ook sinds kort bij een psycholoog, daar praat ik heel veel mee om echt alles een beetje een plekje te geven. Ook gewoon om er zeker van te zijn dat ik niet onbewust dingen aan het wegstoppen ben.
“Stom eigenlijk want die mensen zijn er gewoon voor je.”
Sterk van je dat je dan nu toch bij een psycholoog loopt!
Ja het heeft ook wel even geduurd voordat ik dat durfde hoor. Dat was echt wel een drempel, stom eigenlijk want die mensen die zijn er gewoon voor je. Het is eigenlijk echt top want het is gewoon een talkshow waarin je over jezelf mag praten.
Maar goed, toen ik dus naar de middelbare school ging is dat eigenlijk allemaal heel erg veranderd. Ik heb eigenlijk in de jonge jaren van m’n puberteit, wat sowieso al een hele zware periode is voor iedereen, dus ook nog een verandering doorstaan. Ik heb mezelf nooit transgender genoemd omdat ik nooit de behoefte heb gehad om echt in transitie te gaan. Maar, om het even heel simpel te zeggen, toen ik van ‘jongen’ weer naar ‘meisje’ ging was dat best wel moeilijk. Of, nou, in principe was het voor mij niet moeilijk. Het gebeurde gewoon want dat was hoe ik me op dat moment voelde. Als je ’s ochtends wakker wordt en je bij jezelf denkt “nou vandaag vind ik het leuk om make-up te dragen en een jurk aan te doen”, dan is dat in je hoofd niet ingewikkeld. Het wordt pas lastig als je naar buiten gaat en mensen ineens een heel ander persoon zien. Dan krijg je ineens te horen dat ze dit niet van je gewend zijn of vragen ze je wat je vandaag nou weer bent. Dat is echt het moeilijkste.
“Het wordt pas lastig als je naar buiten gaat en mensen ineens een heel ander persoon zien.”
Ik heb denk ik toch wel een bovengemiddeld aantal nare reacties gehad omdat ik opgegroeid ben in een omgeving waarin religie heel sterk aanwezig was.
Kwamen die reacties dan echt puur van kinderen op school of ook van ouders van andere kinderen?
Nou eigenlijk vooral dat laatste. Ouders hebben op dat moment natuurlijk het meeste invloed op die kinderen en die hadden ook vaak problemen met mij. Van sommige ouders mocht ik niet spelen met hun kind, sommige ouders hebben zelfs dingen aangekaart bij juffen op school. In groep vier heb ik meegemaakt dat een juf op een gegeven moment tegen mij zei “Fem, we gaan je nu even een half jaartje aan een tafel zetten met alleen maar meisjes. Dan word je wel normaal.” Dat is natuurlijk echt bizar.
Ik moet wel zeggen, het waren toch andere tijden want dit is ondertussen natuurlijk wel weer bijna 15 jaar geleden. Maar goed, ik denk dat als ik bijvoorbeeld hier in Utrecht op het gymnasium had gezeten dat het wel een beetje anders was geweest. Ik wil zeker niet Zeeland afschrijven als kutprovincie, ik hou van Zeeland! Ik kom er ook heel graag terug en ik heb er heel veel hele leuke mensen om me heen gehad. Maar ja, er zijn wel bepaalde factoren aanwezig daar die ervoor zorgen dat er toch een beetje een nare sfeer hangt tegenover mensen die afwijken. Het is wel gewoon een beetje een uithoek, dat mag wel gezegd worden.
“Wie ben je dan eigenlijk? Dat is een hele geladen vraag waar je dan als 13-jarige ineens over na moet denken terwijl je het antwoord nog helemaal niet hebt.”
Hoe ging dat op de middelbare school? Was je struggle met genderidentiteit toen minder een ding?
Nou, eigenlijk heb ik daar de eerste twee, drie jaar nog wel mee gestruggled. In de eerste werd ik verliefd op een jongen, ironisch genoeg is hij uiteindelijk in transitie gegaan en ik niet. Maar goed, toen besefte ik me dat ik verliefd was op een jongen en ik realiseerde me dat ik een meisje was. Dus was ik een hetero vrouw en moest ik me daar ook naar gedragen. Toen kwam eigenlijk die switch dat ik ineens heel veel jurkjes ging dragen en daarmee ook die struggle van het constant jezelf moeten uitleggen tegenover anderen. Het komt nu heel vlot m’n mond uit alsof het iets is wat je dan even uitlegt maar eigenlijk is dat wel elke keer weer een confrontatie. “Wie ben je dan eigenlijk?” Dat is een hele geladen vraag waar je dan als 13-jarige ineens over na moet denken terwijl je het antwoord nog helemaal niet hebt.
Had je die reacties die je op school hebt gekregen van tevoren verwacht?
Nee. In Goes had je drie grote middelbare scholen. Een gereformeerde, een christelijke en een openbare. Eigenlijk ging bijna iedereen van mijn basisschool naar de christelijke. Dat was een soort natuurlijke doorstroom ofzo. Mijn broer die twee jaar ouder is dan ik ging naar de openbare school en ik heb hem wel altijd als een voorbeeld gezien. Dat ben ik eigenlijk gewoon gaan volgen maar de voornaamste gedachte erachter was: “oke, al mijn klasgenoten gaan naar de christelijke school dus ik ga naar de openbare.” Ik zag dat heel erg als een kans om gewoon opnieuw te beginnen en m’n hele persoonlijkheid opnieuw uit te vinden. Dat heb ik ook echt gedaan. Ik heb in de eerste drie jaar echt twintig verschillende vriendengroepen gehad en nog meer verschillende typetjes aangenomen omdat ik gewoon echt niet wist wat ik uiteindelijk ging doen met mezelf. Ik heb toen wel echt nagedacht over waar ik het meest mezelf kon zijn. Of, ik heb die gedachte niet letterlijk gehad maar als ik er nu op terugkijk dan is het wel duidelijk dat ik daar m’n keuzes op baseerde.
Op welke leeftijd kwam jij dan uit de kast? Was dat echt een moment of kwam dat er gewoon een beetje ‘naast’? Hoe was dat voor je?
“Ik had altijd een beetje de afspraak met mezelf dat ik het aan m’n ouders zou vertellen zodra ik voor het eerst een vriendin had. Ik dacht dan weet ik het in ieder geval zeker.”
Uhm, nou het genderidentiteit ‘ding’ is eigenlijk altijd een beetje geleidelijk gegaan dus daarin is er nooit echt een uit-de-kast-moment geweest. Qua seksualiteit was dat er wel. Ik wist eigenlijk al heel erg lang dat ik op vrouwen viel maar heb dat toch altijd een beetje weggedrukt ofzo. Mijn ouders hebben er ook heel vaak naar gevraagd. Die hebben altijd gezegd “waarschijnlijk komt Femke later gewoon met een dolfijn thuis ofzo en dat is ook gewoon prima.” Ik zei dan altijd “nee, nee ik ben gewoon hetero blabla.” Let op: ‘gewoon’ hetero. Maar goed, ik had altijd een beetje de afspraak met mezelf dat ik het aan m’n ouders zou vertellen zodra ik voor het eerst een vriendin had. Ik dacht dan weet ik het in ieder geval zeker. Misschien had ik ergens ook gewoon het gevoel dat ik dan pas serieus genomen zou worden omdat je dan kan zeggen dat het dus geen fase is. Niet dat mijn ouders die opmerking ooit zouden maken maar dat is toch wel iets wat je vaak hoort dus ga je daar onbewust wel rekening mee houden.
Toen ik 15 was had ik voor het eerst een vriendin en ik was echt smoorverliefd op die meid, dat was echt heel bizar. Nou, op een gegeven moment had ik haar ervan overtuigd dat ze ook verliefd op mij zou worden dus dat was natuurlijk helemaal geweldig. Toen was het officieel en toen heb ik dat aan m’n ouders verteld. Dat is nog wel een leuk verhaal want ik had op dat moment ruzie met m’n ouders. Ik weet niet eens meer waarover, iets stoms, waarschijnlijk had ik gewoon de afwas niet gedaan ofzo. Toen dacht ik ja, hoe kan ik nou gewoon weer terug in m’n good graces komen bij m’n ouders, ik ga gewoon nu uit de kast komen. Goed, ik had dat bedacht dus ik marcheer naar beneden. Toen stond ik voor de deur van de woonkamer en toen dacht ik kut dit is eigenlijk best wel een big deal. Dus toen heb ik vijf minuten helemaal in paniek op de trap gezeten, heel hard gehuild. Uiteindelijk heb ik de deur open gedaan en ik kwam binnen met “ik moet iets vertellen”. Het eerste wat m’n ouders zeiden was “Je hebt een vriendin he”. Zo is dat eigenlijk gelopen.
Had je er daarvoor zelf al vrede mee of had je intern toch nog wel struggles met wie je was?
“Ik heb altijd al zoiets gehad van iedereen is cool en iedereen mag er zijn. Tegelijkertijd is mij wel een bepaalde schaamte aangepraat.”
Het is altijd lastig want je overtuigingen over wat allemaal oke is en wat niet staan toch op een manier los van wat je daadwerkelijk voelt. Ik heb altijd al zoiets gehad van iedereen is cool en iedereen mag er zijn. Tegelijkertijd is mij wel een bepaalde schaamte aangepraat. Bijvoorbeeld door roddels die zich over me verspreidde nadat ik bij vrienden uit de kast was gekomen. Door dat soort dingen kan het soms wel voelen alsof het niet oke is, ondanks dat ik er zelf wel oke mee ben. Dat is iets wat altijd wel heeft gespeeld.
Nog steeds?
Ja, ik denk in bepaalde mate wel. Ik denk dat dat niet zomaar weggaat want ik ben natuurlijk nog maar negentien. Dit is allemaal zo’n beetje vijf jaar geleden gebeurd dus zo lang is dat ook nog niet geleden.
Ik weet het ook allemaal niet zo goed. Ik ben nu wel op een punt waarop ik het allemaal maar een beetje laat gebeuren, wat m’n genderidentiteit doet en wat m’n seksualiteit is. En daarbij ben ik nu ook wel zo ver dat ik gewoon van mezelf en van m’n seksualiteit houd. Ik heb wel geaccepteerd dat dat is wat het is en dat vind ik nu ook leuk. Het is natuurlijk ook heel nice dat je toch deel bent van een soort community.
Heb je veel aan de community gehad?
Nee, in eerste instantie niet want die community was niet om mij heen. Maar, toen kwam Orca en was die community er ineens wel. Dat was wel echt een verademing. Dat was echt bizar. Ik weet nog heel goed dat ik voor het eerst op een Orca feest was en dat ik, letterlijk voor het eerst in m’n leven, twee vrouwen zag zoenen. Toen dacht ik echt wow, dit is dus gewoon echt iets wat niet alleen ik doe. Dat was echt fantastisch. Daar heeft Orca mij ook zo erg in geholpen. Dat idee dat dat dus gewoon mag en leuk is en dat het wordt gewaardeerd dat je op vrouwen valt. Ik kan me ook heel goed herinneren dat ik m’n ouders belde aan het eind van de Arco periode en dat ik zei dat ik ineens mensen om me heen had die hetzelfde deden als ik en vertelde dat ik het zo geweldig vond allemaal.
“Dat is nu meestal ook m’n antwoord als mensen vragen wat ik nou eigenlijk ben. Ik ben gewoon Femke, dat zei ik toch net.”
Toch blijft er altijd wel een bepaalde druk om jezelf een label te geven. Ergens support ik dat wel heel erg want dat maakt de hele situatie begrijpelijk voor heel veel mensen, aan de andere kant is dat ook wel een soort onnodige simplificatie. Dan ben je dus ineens ‘iets’. Als ik lesbisch ben, moet ik dan ook in een keer tuinbroeken gaan dragen en m’n haar kort knippen? Dat is niet hoe het werkt natuurlijk, ik ben gewoon Femke. Dat is nu meestal ook m’n antwoord als mensen vragen wat ik nou eigenlijk ben. “Ik ben gewoon Femke, dat zei ik toch net.”
Als ik mag vragen, hoe sta je nu in je genderidentiteit?
“Je voelt je gewoon hoe je je voelt en je wordt verliefd op wie je verliefd wordt en dat is het.”
Ik heb nu wel gewoon zoiets van, ik ben gewoon een vrouw en je spreekt me aan met zij en haar. Daar ben ik nu wel helemaal comfortabel in. Maar omdat ik zeg maar wel heb meegemaakt wat ik heb meegemaakt, blijft de gedachte wel altijd dat ik ervoor open sta als ik me een keer niet zo voel. Het is voor mij niet perse vanzelfsprekend dat ik me nu zo voel. Ik heb gewoon geleerd dat genderidentiteit en seksualiteit, voor mij persoonlijk in ieder geval, heel erg fluïde kan zijn. Ik ben ook heel erg lang als bi door het leven gegaan, toen weer als pan en toen weer als lesbisch en toen weer niet en toen weer wel. Weetje, ik heb dat soort dingen ondertussen ook maar een beetje losgelaten. Je voelt je gewoon hoe je je voelt en je wordt verliefd op wie je verliefd wordt en dat is het.
Hoe hebben jouw ervaringen dan uiteindelijk invloed gehad op jou en hoe kijk je daar nu op terug? Zijn er dingen die je nog dagelijks terug ziet komen in je eigen gedrag?
“Ik snap nu ook dat je als mens eigenlijk gewoon heel erg je best moet doen om een ander te kunnen begrijpen.”
Ja, absoluut. Als je weet hoe het voelt om niet geaccepteerd te worden dan wekt dat ook veel meer sympathie op voor andere mensen die hetzelfde meemaken. Het afgelopen jaar is daarin voor mij wel echt een keerpunt geweest. Ik was altijd best wel gefocust op mezelf en op mijn eigen struggles. Toen ontstond de Black Lives Matter beweging. Nou is racisme natuurlijk wel heel iets anders dan wat ik heb meegemaakt maar wat mijn verhaal en dat verhaal overeen heeft is dat je om een deel van wie je bent wordt achtergesteld of buitengesloten. Toen dat opleefde snapte ik ineens dat een heel groot probleem in deze wereld is dat veel mensen elkaar niet accepteren zoals ze zijn. Dat is iets wat ik heel goed ken en dat heeft mij wel echt heel veel meer opengesteld voor andermans struggles. Ik denk dat ik om die reden nu ook wel iemand ben geworden die zich relatief goed kan inleven in wat anderen meemaken. Ik snap nu ook dat je als mens eigenlijk gewoon heel erg je best moet doen om een ander te kunnen begrijpen.
En als je alles wat je hebt meegemaakt had kunnen veranderen, had je het dan anders gewild?
Ja, absoluut. De meeste mensen reageren op die vraag met “nee want het heeft me gemaakt tot wie ik ben”. Ik ben trots op wie ik ben en ik ben trots op wat ik ben geworden door alles maar het kan echt een stuk makkelijker. Ik gun deze ervaring niemand dus ook mezelf niet. Ik heb door de jaren heen ook wel geleerd dat je onwijs veel waard bent als persoon en dat je daar goed voor moet zorgen. Dat is niet altijd gebeurd in mijn jeugd en dat zou ik zeker niemand toewensen. Er zijn echt heel veel makkelijkere manieren om te komen waar ik nu ben.
Wat is het advies dat je zou willen meegeven aan anderen die een soortgelijk iets meemaken?
“Het is soms best wel oke om gewoon zielig te zijn en dingen te erkennen als zijnde gewoon echt heel erg kut.”
De grootste fout die ik heb gemaakt is doen alsof het normaal is en doen alsof het niet zielig is. Het is soms best wel oke om gewoon zielig te zijn en dingen te erkennen als zijnde gewoon echt heel erg kut. Geef jezelf de ruimte om dingen te verwerken en over dingen te praten. Schakel daar hulp bij in als dat nodig is. Omgeef jezelf met mensen die lief voor je zijn en wees lief voor jezelf. Dat is het allerbelangrijkste. Zorg gewoon dat je omringt bent met mensen die je steunen en die van je houden. Iedereen heeft namelijk wel eens momenten waarop je jezelf even niet steunt en even niet van jezelf houdt maar dan heb je in ieder geval altijd nog mensen die je kunnen opvangen. Dan word je wel weer herinnerd aan wat je waard bent. Ik denk dat dat het belangrijkst is. Gewoon, niet te hard voor jezelf zijn.