Veel jongvolwassenen kampen met mentale gezondheidsproblemen: in de categorie 18-25 jaar heeft 11% last van psychische ongezondheid. Zoals te lezen valt in het artikel over Mental Health First Aid, is het heel belangrijk om deze mentale gezondheidsproblemen bespreekbaar te maken. In deze serie van drie artikelen delen drie verschillende Orcanen hun verhaal. Vandaag is Orcaan ‘B’ aan het woord.
Dit is het verhaal van een Orcaan die graag semi-anoniem wil blijven. Om die reden houden we het bij de eerste letter van zijn naam en zullen we hem in deze Orcaan aan het woord ‘B’ noemen. Vandaag verteld hij ons over zijn burn-out.
“Ik dacht, een master hoort moeilijk te zijn, ik moet gewoon beter plannen en minder uitstellen.”
Als ik ergens een hekel aan heb zijn het deadlines. Toen ik begon aan het eerste semester van mijn master Theoretische Natuurkunde had ik er ineens elke week één en soms zelfs twee. Dit waren inleveropdrachten die klein bedoeld waren maar toch vaak heel veel tijd kosten omdat de inhoud van de opdrachten vaak moeilijk was. Ik moest tegelijkertijd de stof van alle drie de vakken bijhouden dus dit betekende dat ik dit eerste semester praktisch continu gestrest was. Ik vond de vakken die ik had op dat moment heel interessant dus ik was ook wel gemotiveerd om alles goed te doen. Ik dacht “een master hoort moeilijk te zijn, ik moet gewoon beter plannen en minder uitstellen”. Oftewel: doorbijten en beter je best doen.
Ik heb al wel eerder ervaring gehad met stress maar deze keer was het net wat erger en was het een langere periode van aaneengesloten stress. Mijn eerste semester duurde van einde zomervakantie tot net na de kerstvakantie met midterms ongeveer halverwege en finals in de laatste week. Na de midterms was er geen pauze ofzo dus de kerstvakantie was het eerste moment waar ik echt vrij zou hebben. Ik merkte dat terwijl het semester voortging ik steeds meer last had van uitstellen. Als ik dan probeerde me te concentreren werden mijn gedachten leeg en opende ik een nieuw tabblad als afleiding. De berg met achterstallig werk werd langzamerhand groter en ik had steeds vaker dat ik een inleveropdracht nét afhad voor de les of zelfs net niet. In die periode had ik ook een verkoudsheidshoestje dat zo erg werd dat ik ’s nachts wakker werd van het hoesten (Dit was nog voor Corona jongens, maak je geen zorgen). Achteraf denk ik dat het door de stress kwam want verder ben ik best gezond. Op het allerlaatst begon ik het ook te merken aan mijn stemming en mijn slaap. Ik werd een paar keer veel te vroeg wakker, lag te rollen in mijn bed. Andere keren sliep ik juist heel lang uit maar voelde me niet uitgerust. Ik voelde me gefrustreerd en moe. Een keer voelde ik me zo kut na een inleveropdracht dat ik toen ik thuis was een uur op bed ben gaan liggen en muziek heb geluisterd.
“Ik sliep elke dag heel lang uit maar werd wakker alsof ik gister een donderdagborrel had gehad.”
Gek genoeg had ik op moment nog geen last van de burn-out. Ik dacht “Ik ben deze keer misschien iets te ver gegaan. Ik ga in de vakantie uitrusten, dan mijn werkcolleges inhalen en na de vakantie ga ik beter plannen”. De burn-out begon pas in de vakantie, wat dus ook het eerste moment was dat ik een beetje in kon storten. Het is een beetje vergelijkbaar met hoe je pas echt voelt hoe moe je bent als je klaar bent met de 2k. Ik sliep elke dag heel lang uit maar werd wakker alsof ik gister een donderdagborrel had gehad. Er is niks meer gekomen van het inhalen van werkcolleges en ik heb die dagen vooral doorgebracht met filmpjes kijken op internet. Op bed liggen en muziek luisteren was een goeie uitvinding waar ik nog veel gebruik van heb gemaakt. Muziek komt ook een stuk harder aan als je je kut voelt. Ik heb die vakantie één afspraak met vrienden zelfs afgezegd omdat ik me kut voelde. Mijn darmen waren ook van streek en ik had het soms ineens heel koud. In het begin dacht ik dat ik gewoon nog even moest herstellen van de stress en dat de intraining mijn biologische klok een beetje in de war had gegooid, maar toen het na 2 weken nog steeds niet echt beter werd ben ik naar de huisarts gegaan. Zelf had ik nog niet door wat er nou precies aan de hand was dus ik had een beetje vage klachten doorgegeven. Ze konden niks vinden dus ik ging weg met het advies “goed slapen en blijven sporten joe!”. Het ging ondertussen al iets beter en ik had ook een vak laten vallen dus met het advies van de huisarts had ik het volste vertrouwen dat het snel voorbij zou zijn.
“Ik had beter nog een keer naar de huisarts kunnen gaan in plaats van zelf met dat soort dingen te experimenteren.”
Helaas was de realiteit anders. De verbetering vlakte af. Ik kreeg in die periode ook een lichte obsessie met supplementen. Ik dacht “er moet een fysiologische oorzaak zijn dat ik me voel zoals ik me voel dus misschien voel ik me beter als ik de juiste vitaminen of mineralen”. Dit kostte redelijk wat geld maar bracht me niet echt verder. Één van die supplementen heette 5-HTP. Die stof is de grondstof voor serotonine en uit lang Googlen bleek dat je daar beter van zou slapen. Van wat ik kon vinden online zou het niet geweldig werken maar zag het er tegelijkertijd vrij onschuldig uit. Dit is wat ik hoopte want ik weet dat het geen goed idee is om met dat soort dingen te experimenteren. Helaas werkte het wel goed: ik sliep heel goed en mijn stemming was echt top. Maar de keerzijde daarvan was dat het de werking vrij snel afnam en toen ik besloot ermee te stoppen sliep ik weer even slecht, dan niet slechter. Achteraf was dit een hele domme beslissing. Ik had beter nóg een keer naar de huisarts kunnen gaan in plaats van zelf met dingen te experimenteren. Ik was er goed vanaf gekomen maar het had ook fout kunnen gaan.
“Ik had ook wel eens de behoefte om in een kussen te schreeuwen. Misschien moet ik dat nog een keer doen want het lijkt me ergens best wel chill.”
In de periode tussen de kerstvakantie en de zomervakantie leek het af en toe een stuk beter te gaan waardoor ik aanvankelijk nog wachtte om een tweede keer naar de huisarts te gaan. Maar de klachten bleven. Ik werd nog steeds moe wakker en ik haalde minder voldoening uit sporten, wat me eerst juist heel veel voldoening gaf. Ik had toen ook af en toe dat ik heel gestrest werd zonder directe aanleiding. Ik ben toen een tweede keer naar de huisarts gegaan en daar stelde hij voor of het misschien toch een idee was om naar een psycholoog te gaan. Zo kwam ik bij de studentenpsycholoog terecht. Wel een aanrader, het kost heel weinig en ze kunnen je heel goed doorverwijzen als je na de behandeling nog hulp nodig hebt. Na de zomervakantie begonnen mijn afspraken met de studentenpsycholoog. Het leek wel te helpen. Het was sowieso fijn om er zo open over te kunnen praten met iemand die getraind is om goed te luisteren. Wat nieuw was die periode was dat ik soms ineens heel emotioneel werd. Ik moest vaak bijna huilen maar net niet. Op z’n ergst zelfs bijna elke dag. Ik had ook wel eens de behoefte om in een kussen te schreeuwen. Misschien moet ik dat nog een keer doen want het lijkt me ergens wel chill. Ook was ik vaak aan het piekeren. De emotionele emmer zat vol maar ik had niet door dat ik hem vol had gemaakt, of dat ik überhaupt bezig was hem te vullen. Misschien omdat ik te druk bezig was met mijn studie. Ik kan er nu gelukkig beter mee omgaan. Deels door de hulp van de psycholoog en deels vanuit mezelf. Op internet is ook heel veel informatie te vinden over hoe je er mee om moet gaan.
“De emotionele emmer zat vol maar ik had niet door dat ik hem vol had gemaakt, of dat ik überhaupt bezig was hem te vullen.”
Wat wel positief was die periode was dat ik sommige dagen juist heel goed in mijn vel zat als ik bijvoorbeeld goed had geslapen. Misschien zelfs beter dan voor de burn-out. Ik ben op een bepaalde manier wel blij dat het gebeurd is. Als het niet nu was gebeurd was het misschien gebeurd als ik later een baan heb omdat ik er dan nooit van geleerd had. Nu kon ik gewoon besluiten om wat langer over mijn studie te doen, maar als je eenmaal een baan hebt is het een stuk moeilijker om het even wat rustiger aan te doen. Ook heb ik er veel van geleerd. Bijvoorbeeld hoe je beter met je emoties om kan gaan of dat je niet te lang achter elkaar gespannen kan zijn. En het belang van mentale gezondheid.
“Ik wist denk ik niet zo goed hoe ik het moest vertellen, of ik dacht: het is nu net gezellig, het is nu niet het goeie moment.”
Waar ik wel spijt van heb is dat ik heel lang heb gewacht om het aan mensen te vertellen. De meeste vrienden heb ik het pas na een jaar verteld. Voor de mensen die me kennen en aan wie ik het nog niet heb verteld: sorry ik wilde het echt nog doen. In het begin had ik zelf niet zo goed door wat er aan de hand was maar na een tijdje zat ik het echt uit te stellen. Ik wist denk ik niet zo goed hoe ik het moest vertellen, of ik dacht “Het is nu net gezellig, het is nu niet het goeie moment”. Als ik met vrienden was had ik er vaak geen last van dus ik voelde ook minder de druk om het ook echt te vertellen. Elke keer dat ik het toch deelde voelde het wel goed. De reacties waren ook positief. Alleen al het feit dat de mensen in je omgeving weten waar je mee struggled kan opluchting geven.
Na de studentenpsycholoog ben ik ook nog doorverwezen naar de normale psycholoog (studentenpsychologen geven maar een beperkt aantal afspraken) omdat ik nog steeds last had van slaapklachten. Corona is trouwens ook niet geweldig voor je mentale gezondheid. Maar na 1 jaar en 5 maanden heb ik nu binnenkort mijn laatste afspraak. Ik ben nog steeds wel eens moe maar ik heb wel veel vooruitgang geboekt. Ik heb veel geleerd en ik ben benieuwd wat de toekomst brengt.
“Onthoud dat het wel weer goed komt, alleen kost het soms wat tijd en wat werk. Neem het serieus.”
Tot slot wil ik nog wat op het hart drukken voor de mensen die iets soortgelijks meemaken. Als je mentale gezondheid niet top is lijkt het ‘normaal’ soms ver weg. Onthoud dan dat het wel weer goed komt alleen kost het soms het wat tijd en wat werk. Neem het serieus. Als je vaak gestrest bent hoef je nog niet bang te zijn voor een burn-out, want je moet wel goed je best doen om dat punt te bereiken, maar tegelijkertijd is het belangrijk om soms ook wat tijd voor jezelf te nemen. Balans vinden. Een beetje lief zijn voor jezelf.